Le Tournesol bereidt zich voor op de laatste grote etappe: van Horta, Azoren naar Falmouth, UK, 1250 mijl. Of mogelijk naar Frankrijk, als de wind te Noordelijk blijft waaien. Maar nu ziet alles er prima uit en donderdag 27 juni vertrekt de Tournesol. Verwachtte reistijd, 8-10 dagen. Janneke en Theo, de nieuwe crewleden, zijn ingewerkt, en mochten meteen de captain de mast in hijsen. Even checken of alles nog goed vast zit, er geen slijtageplekken zijn, en tja, waar kijk je verder nog naar als je 18 meter boven het dek hangt, en in een piepklein stoeltje je balans probeert te houden. Voor Rob een fluitje van een cent. Alles is voor elkaar.
Toch dwarrelt er een kleine schaduw over de mooie, sterke, dappere Tournesol. En om dat te begrijpen moeten we even terug naar de oversteek.
Jullie zullen vast tussen de regels door hebben kunnen opmaken dat zeilen op die grote onvoorspelbare plas voor mij een enorme gebeurtenis was. Het was natuurlijk prachtig, met die immense en oneindige horizon, de maan die de oceaan laat glanzen. De dolfijnen die je van verre ziet aankomen, en een voor een hun best doen om als eerste hun mooie snuiten, staarten en witte buikjes te laten zien. En de slappe lach, als de volledige pot met hagelslag door de kuip gaat. En Lia die dan zegt: “Er is nu echt iets aan de hand hier!” (knipogend naar de rustgevende uitspraak ‘Niks aan de hand”, die we herhaaldelijk hardop uitspraken, op momenten dat het water van alle kanten de kajuit in stroomde en wij met man en macht ons staande probeerde te houden). Maar de natuur heeft haar eigen dynamiek, en kan zich plots van een geheel andere kant laten zien.
De golven zijn grillig en reusachtig, de wind onvoorspelbaar, de regen genadeloos, de bliksem angstaanjagend, de donder hard en kolossaal. En ook al trok de Tournesol een lange neus naar dit natuurgeweld, en baande stoer en standvastig een weg naar haar volgende waypoint, het waren voor mij beangstigende uren. Ik heb me sindsdien vaak afgevraagd, wat is dat nou, bang zijn, en vooral waarom? Het woordenboek gaf een hele mooie beschrijving van het woord angst: ‘als je je naar voelt omdat je denkt dat iets zal gebeuren wat je helemaal niet wilt’. Grappig dat een woordenboek een gevoel zo mooi kan beschrijven, bang zijn is ineens niet zo erg meer.
Je voelt hem hem al van verre aankomen: ik heb besloten om naar huis te gaan, en zeil dus het laatste stuk oceaan niet mee. Ken je dat gevoel, dat je tegelijkertijd zo blij en heel verdrietig bent over een beslissing. Blij dat ik eindelijk naar m’n kleinzoon Lucas ga, die naar verluid al op een aardbei zit te sabbelen, m’n kinderen weer ga zien en m’n hoog bejaarde ouders, die zoveel hebben meegemaakt het afgelopen jaar. Maar toch ook verdrietig dat ik de crew achter laat, en de Tournesol, m’n fijne huisje op zee, en Rob, m’n maatje in voor en tegenspoed.
Genoeg over mij en mijn overpeinzingen. Het gaat hier om de Sailing Atlantic Round van de Tournesol! De stagen zijn goed bevonden, het groente-netje zit bomvol vitamines, de gloed gloednieuwe Genua gaat zijn primeur tegemoet, alle kabels die welke (elektro-)motor dan ook maar moet aanjagen zitten muurvast (toch? Rob ;-), de waterlijn is vrij van algen, de tanks zijn opgevuld, het wachtschema is besproken en de plotter kan weer communiceren met alle navigatie-instrumentatie. En nou potverdikke niet meer uitvallen, anders zwaait er wat!
Hit the road!
Toch dwarrelt er een kleine schaduw over de mooie, sterke, dappere Tournesol. En om dat te begrijpen moeten we even terug naar de oversteek.
Jullie zullen vast tussen de regels door hebben kunnen opmaken dat zeilen op die grote onvoorspelbare plas voor mij een enorme gebeurtenis was. Het was natuurlijk prachtig, met die immense en oneindige horizon, de maan die de oceaan laat glanzen. De dolfijnen die je van verre ziet aankomen, en een voor een hun best doen om als eerste hun mooie snuiten, staarten en witte buikjes te laten zien. En de slappe lach, als de volledige pot met hagelslag door de kuip gaat. En Lia die dan zegt: “Er is nu echt iets aan de hand hier!” (knipogend naar de rustgevende uitspraak ‘Niks aan de hand”, die we herhaaldelijk hardop uitspraken, op momenten dat het water van alle kanten de kajuit in stroomde en wij met man en macht ons staande probeerde te houden). Maar de natuur heeft haar eigen dynamiek, en kan zich plots van een geheel andere kant laten zien.
De golven zijn grillig en reusachtig, de wind onvoorspelbaar, de regen genadeloos, de bliksem angstaanjagend, de donder hard en kolossaal. En ook al trok de Tournesol een lange neus naar dit natuurgeweld, en baande stoer en standvastig een weg naar haar volgende waypoint, het waren voor mij beangstigende uren. Ik heb me sindsdien vaak afgevraagd, wat is dat nou, bang zijn, en vooral waarom? Het woordenboek gaf een hele mooie beschrijving van het woord angst: ‘als je je naar voelt omdat je denkt dat iets zal gebeuren wat je helemaal niet wilt’. Grappig dat een woordenboek een gevoel zo mooi kan beschrijven, bang zijn is ineens niet zo erg meer.
Je voelt hem hem al van verre aankomen: ik heb besloten om naar huis te gaan, en zeil dus het laatste stuk oceaan niet mee. Ken je dat gevoel, dat je tegelijkertijd zo blij en heel verdrietig bent over een beslissing. Blij dat ik eindelijk naar m’n kleinzoon Lucas ga, die naar verluid al op een aardbei zit te sabbelen, m’n kinderen weer ga zien en m’n hoog bejaarde ouders, die zoveel hebben meegemaakt het afgelopen jaar. Maar toch ook verdrietig dat ik de crew achter laat, en de Tournesol, m’n fijne huisje op zee, en Rob, m’n maatje in voor en tegenspoed.
Genoeg over mij en mijn overpeinzingen. Het gaat hier om de Sailing Atlantic Round van de Tournesol! De stagen zijn goed bevonden, het groente-netje zit bomvol vitamines, de gloed gloednieuwe Genua gaat zijn primeur tegemoet, alle kabels die welke (elektro-)motor dan ook maar moet aanjagen zitten muurvast (toch? Rob ;-), de waterlijn is vrij van algen, de tanks zijn opgevuld, het wachtschema is besproken en de plotter kan weer communiceren met alle navigatie-instrumentatie. En nou potverdikke niet meer uitvallen, anders zwaait er wat!
Hit the road!