De crew van Le Tournesol heeft er twee mooie nachten opzitten. Het wisselen van dienst gaat goed, zelfs Kayleigh springt om 03:00 uur uit bed om haar deel bij te dragen. Dat is toch maar ff heel dapper van haar. Ook al heeft ze al veel zeemijlen op haar naam staan, zo’n shift in het holst van de nacht, helemaal alleen aan dek, ik vind haar een topper! En de oceaan, die is zo blauw, kobalt blauw, de golven helpen ons te versnellen, en verassen ons soms door onder onze boot een wedstrijdje golven breken te houden, wij liggen dan even in een centrifuge, en Le Tournesol heeft de grootste moeite om het geheel de baas te blijven. Dan zien we aan stuurboords kant de winnaar te voorschijn komen: een gigantisch waterspektakel die tot aan het gangboord uit rolt. En geloof me, overdag is dit al een hele belevenis, maar wat denk je van midden in de pik donkere nacht. Dan hoor je alleen het geweld en zie je niks. En heel soms, als ik hem voel aankomen, doe ik toch eventjes m’n ogen dicht, en zing ik in gedachte een vrolijk liedje. Het blijft een bijzondere gewaarwording, loskomen van alles, out of control zijn, buiten bereik van de dagelijkse dingen. Het maakt je gedachten leeg. Een grote mooie stilte ( die trouwens nu ruw wordt onderbroken door André Hazes). Ik ga er maar een punt aandraaien want straks wordt dat natuurlijk een potje meezingen op ‘Een beetje verliefd?’ Het ziet er naar uit dat we het overgrote deel van de tocht kunnen zeilen, de wind is goed, komt schuin van achteren, en het grootzeil en de Genua vangen de wind en jagen ons door ‘t water. De zonnepanelen draaien overuren, ze laden de batterijen prima op, toch zijn we heel zuinig met stroom. We hebben een minimum aan elektriciteit aanstaan: de stuurautomaat, de koelkast, de Iridium satelliet verbinding en een enkel lijntje aan de 12 V voor opladen van de iPads en iPhones, waarmee we via de satelliet verbinding kunnen mailen, smssen en bellen. Eventuele reacties op onze blogs nu kunnen wij niet lezen, we hebben niet rechtstreeks internet verbinding. Dus die lezen we pas als we aan land zijn. Tot de volgende keer.